maandag 12 mei 2014

HC 16 Sociologie en diversiteit 1

-       Probeer de plek van de groepering binnen de samenleving te beschrijven. Met andere woorden; hebben zij een volwaardige plaats binnen de Nederlandse samenleving? Hiervoor kun je begrippen gebruiken zoals interdependentie, cohesie, ongelijkheid, macht sociale positie en kapitaal. (grotendeels uit OLP1 en OLP4).

De opdracht was om de groepering binnen deze samenleving te beschijven, maar wie kan dat beter dan de groepering zelf? Informant Annie (86) wilde deze vraag maar al te graag beantwoorden. Dit was voor haar een kans om eindelijk “gehoord” te worden. 

Volgens Annie ziet de maatschappij haar als een oud en versleten persoon. Dat komt omdat als anderen gesprekken met haar willen voeren, zij deze graag kort willen houden. Haar kleindochters willen ook al na een halfuurtje weer weg. Zij ervaart dit als vervelend, omdat zij het gevoel krijgt alsof ze andere mensen tot last is.

Dit gevoel krijgt ze ook als zij geholpen wordt door verpleegsters. “Sommigen kijken zo nors dat ik gewoon spontaan de neiging krijg om te zeggen “Hé, laat maar. Ik doe het zelf wel!”, maar ik hou me dan in, omdat ik jammer genoeg toch afhankelijk ben van hen (persoonlijke mededeling, 24 mei).”

Volgens Annie zijn de jongeren veel te verwend en te lui. “Als ze mij alleen al moeten helpen met aankleden, dan zuchten ze en puffen ze. Vroeger was het veel anders. Dan moesten wij al het huishouden doen, voor onze man en kinderen zorgen en sommige vrouwen hadden zelfs nog een bijbaantje. Dat zie ik de jeugd van tegenwoordig niet meer doen. Soms als ik een wandeling maak met Betty, dan loop ik een klein rondje in het park en word ik alweer gek van het lawaai en geroep dat afkomstig is van de hangjongeren (persoonlijke mededeling, 24 mei).”

Zelfwaardering ontstaat volgens Annie niet zomaar. Ieder mens heeft een bepaalde behoefte aan een positief zelfbeeld. Tegenwoordig is het moeilijk om ondanks de negatieve beeldvorming alsnog van je zelf te houden. “Ik ben een volwaardig persoon. Ik ben ook jong geweest en zij zullen ook ouder worden. Wat telt is dat wij allemaal eens geboren zijn, wij allemaal nog steeds ademen en wij allemaal ook sterven. Waarom is iemand dan beter dan een ander (persoonlijke mededeling, 24 mei)?”

-       In hoeverre is of wordt de groepering beschouwd als deviant en welke conflicten liggen aan de basis van deze tegenstelling? In welke mate zijn processen zoals stigmatisering, etikettering, stereotypering, self fulfilling prophecy van toepassing? (grotendeels uit OLP2)

De negatieve beeldvorming van “ouderen” en “ouder worden” heeft ook te maken met de plaats die bejaarden innemen in deze maatschappij. Deze beeldvorming wordt uiteraard ook beïnvloed door de media. Als we de media mogen geloven dan bestaan er in Nederland nauwelijks 65 plussers. In Nederland lijkt er een motto te zijn ontstaan waardoor ouderen worden afgekeurd. Als je jong en jeugdig bent dan kun je alles bereiken wat je wilt. Ben je oud? Dan word je enkel belemmerd door je leeftijd en vertoon je ouderdomskenmerken. De etikettering door de media is nadelig voor de ouderen, omdat zo het ageïsme wordt gestimuleerd. De groepering ouderen wordt als een stereotype neergezet en worden niet bekeken als een volwaardig, individueel persoon. 


De belangrijkste positieve ontwikkelingen die zich hebben voorgedaan zijn:

-        Dat bevolkingsgroepen niet meer zo vastzitten aan strikte kaders.
-        Dat mensen die bijvoorbeeld homo- en/of biseksueel of transgender zijn, grotendeels geaccepteerd worden in de samenleving.
-        Dat Nederland een multicultureel land is.
De belangrijkste negatieve ontwikkelingen die zich hebben voorgedaan zijn:
-        Dat er zo veel wordt bezuinigd op zorg.
-       Dat virtuele contacten vaak verkozen worden boven persoonlijk contact.
-       Dat ouders zo veel moeten werken om alles rond te krijgen, dat ze weinig tijd met hun kinderen kunnen doorbrengen.

De ingroup, de samenleving, komt nu weer terug in aanmerking (door de bezuinigingen) met ouderen, de outgroup. Ouderen moeten zo lang mogelijk in hun eigen huis blijven wonen en zo nodig verzorgt worden door bijvoorbeeld hun kinderen of kleinkinderen. Dit zorgt ervoor dat de in- en outgroup meer in contact met elkaar komen, of dit nou bewust of uit noodzaak is. 

Geen opmerkingen:

Een reactie posten